Begrippenlijst

Aansprakelijkheid, hoofdelijke Hiervan is sprake als ieder van de betrokkenen afzonderlijk kan worden aangesproken voor de totale (hypotheek)schuld.

Alimentatie Geldsom voor verzorging, levensonderhoud. Toelage voor levensonderhoud aan bloed- of aanverwanten in de rechte lijn of aan personen wiens bedrijf failliet is verklaard.

Aanbiedingsplicht Een schriftelijke aanmaning van de gemeente om uw huis te laten voldoen aan de gemeentelijke verordeningen.

Afkopen levensverzekering Als u een levensverzekering voortijdig beëindigt, krijgt u de zg. afkoopwaarde uitgekeerd.

Aflossing Terugbetaling van de hypotheekschuld, geheel of in delen. Ook gebruikt om één aflossingstermijn aan te duiden.

Aflossing, boetevrije Mogelijkheid om zonder bijkomende kosten meer af te lossen dan verplicht is. Gebruikelijk is 10 of 20% van het totale leenbedrag per jaar.

Aflossingsvrije hypotheek Hypotheek waarbij geen aflossing hoeft te worden betaald, alleen rente.

Afsluitkosten Alle kosten die u maakt om een hypotheek af te sluiten, zoals afsluitprovisie, notariskosten, taxatie

Afsluitprovisie Bedrag dat de bank in rekening brengt als u een hypotheek afsluit. Meestal 1% van het totale leenbedrag.

Aftrekbare kosten Alle kosten die u maakt bij de aankoop van een huis en die u mag aftrekken voor de inkomstenbelasting.

Akte Een ondertekend en gedagtekend document waarin feiten en afspraken zijn vastgelegd.

Akte, onderhandse Akte die zonder tussenkomst van de notaris is opgesteld.

Akte, overdrachts Notariële akte waarin de aan- en verkoop van een huis wordt vastgelegd. Deze akte wordt geregistreerd bij het kadaster.

Akte, transport Ander woord voor overdrachtsakte.

Annuïteitenhypotheek Hypotheekvorm waarbij elke maand een vast totaalbedrag aan rente en aflossing wordt betaald. Aan het begin van de looptijd is het rentedeel groter dan het aflossingsdeel. Later is die verhouding omgekeerd.

Annuleringskosten Brengen sommige banken in rekening wanneer u afziet van een hypotheek terwijl u de offerte eerder had geaccepteerd.

Antispeculatiebeding Beperkende voorwaarde die de gemeente of de vorige eigenaar stelt aan de verkoop van uw huis. Meestal moet u bij verkoop binnen een aantal jaren (een deel van) de winst afstaan.

Appartement Woning in een gebouw met meerdere woningen. Een appartement kopen is juridisch ingewikkelder dan de koop van een huis.

Bankhypotheek De gebruikte formule bij inschrijving van deze hypotheek maakt het mogelijk om later bij te lenen zonder notariskosten.

Basishypotheek Deel van de hypotheek waarover u de basisrente betaalt.

Bedenktijd, rente Periode waarin u kunt beslissen wanneer u een (volgende) rentevaste periode wilt laten ingaan.

Belastbaar inkomen Het deel van het inkomen waarover inkomstenbelasting moet worden betaald. Alle optel- en aftrekposten zijn hierop al toegepast. Alleen de belastingvrije som gaat er nog af.

Belastingaftrek Een kostenpost u die van uw bruto inkomen mag aftrekken om het belastbaar inkomen uit te rekenen.

Belasting, loon Voorheffing op de inkomstenbelasting die door de werkgever wordt ingehouden op het loon.

Belasting, onroerende-zaak Belasting die de gemeente heft bij bewoners en eigenaren van huizen. De hoogte van de belasting is afhankelijk van de getaxeerde waarde van het pand. U betaalt altijd een gebruikersdeel. Als eigenaar betaalt u tevens het eigenarendeel.

Belasting, overdrachts Belasting (2% of 6% van de koopsom afhankelijk van de bestemming) die verschuldigd is bij aankoop van een huis.

Belasting, vermogens Belasting die u betaalt over het vermogen dat u bezit. Ook de overwaarde in uw huis valt hieronder voorzover die uitstijgt boven bepaalde (ruime) vrijstellingen.

Belasting, vooraftrek U kunt bij de inspecteur van belasting een beschikking aanvragen, die bepaalt dat uw werkgever bij de inhouding van loonbelasting alvast rekening houdt met uw aftrek van de hypotheekrente.

Belastingvrije som Deel van het belastbaar inkomen waarover u geen belasting hoeft te betalen. De hoogte hiervan wordt bepaald door uw persoonlijke omstandigheden.

Beleggingshypotheek Een hypotheek waarbij het eindkapitaal geheel of gedeeltelijk wordt opgebouwd door te beleggen.

Bemiddelaar o.g. Ander woord voor makelaar in onroerend goed.

Beschikking Een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan.

Bestemmingsplan Een door de gemeenteraad vastgesteld plan waarin het gebruik van de grond in een gemeente is vastgelegd voor een aantal jaren.

Bewoonde staat Een huis is minder waard als het bewoond is. Meestal wordt een percentage van 60 gehanteerd ten opzichte van 'vrij te aanvaarden'.

Boetevrije aflossing Mogelijkheid om zonder bijkomende kosten meer af te lossen dan verplicht is. Gebruikelijk is 10 of 20% van het totale leenbedrag per jaar.

Bouwrente De rente die u betaalt vanaf het moment van ondertekening van het koopcontract tot aan de oplevering van uw nieuwbouwwoning.

Bungalow Huis waarin alle vertrekken op de begane grond liggen.

Canon Jaarlijkse heffing voor grond die in erfpacht is uitgegeven door de gemeente.

Contractrente De overeengekomen rente.

Conversiekosten Kosten die de bank in rekening brengt als u tussentijds uw rentevastperiode of uw aflossingsvorm wilt wijzigen.

Courtage Vergoeding of provisie die de makelaar u voor zijn diensten in rekening brengt.

Dagrente De op het moment geldende rente voor een nieuwe hypotheek.

Doorzonwoning Het meest gebouwde type woning van na de oorlog. Kenmerkend zijn de grote ruiten aan voor- en achterzijde van de woonkamer, die lopen over de hele diepte van het huis.

Drive-in woning Huis waarbij de garage zich op de begane grond in het pand bevindt. De woonkamer en de slaapkamers liggen erboven.

DuBo Duurzaam Bouwen, volgens strenge milieunormen.

Economische gebondenheid Sommige gemeenten stellen als eis aan een woonvergunning, voor een huis onder een bepaalde koopprijs, dat u in de regio werkt.

Eengezinswoning Een rijtjeshuis voor één gezin.

Eigendomsbewijs Een door het kadaster gewaarmerkt kopie van de transportakte. Krijgt u van de notaris na de overdracht.

Erfdienstbaarheid Een last op een stuk grond ten dienste van de eigenaar van een aangrenzend stuk grond. Bijvoorbeeld het recht van overpad.

Erfpacht Een recht op een stuk grond van een ander, meestal van de gemeente.

Executie (in dit verband) Gedwongen verkoop. Als u niet voldoet aan uw verplichting, kan de hypotheekverstrekker hiertoe overgaan.

Executiewaarde De waarde van het huis bij gedwongen verkoop.

Expiratiedatum Het moment waarop een contract of een deel ervan afloopt.

Financieringskosten Alle kosten die u maakt om een lening af te sluiten.

Forfait Een vast tarief.

Forfait, huurwaarde De denkbeeldige huurwaarde van de woning, die de huiseigenaar moet optellen bij zijn of haar inkomen. De hoogte van het forfait is gebaseerd op de taxatie van de woning door de gemeente.

Garantie, bank Verplichting die de bank op zich neemt om op eerste vordering van de schuldeiser een bepaald bedrag te voldoen.

Garantie Instituut Woningbouw (GIW) Geeft waarborgcertificaten uit voor huizen die door aangesloten bouwbedrijven zijn gebouwd. De aangesloten bedrijven zijn verplicht te bouwen volgens de vastgestelde normen.

Garantieregeling Waarborgregeling van het GIW. Garantie, rente

Hypotheekofferte waarin de aangeboden rente een bepaalde periode blijft gelden, ook als de kapitaalmarktrente tussentijds stijgt.

Gebondenheid, economische Sommige gemeenten stellen als eis aan een woonvergunning, voor een huis onder een bepaalde koopprijs, dat u in de regio werkt.

Gebruikersdeel Deel van de onroerende-zaakbelasting dat u betaalt als bewoner van uw huis.

Gedoogplicht Een huiseigenaar moet toestaan dat op zijn grond werk wordt uitgevoerd ten behoeve van het openbaar belang.

Geldverstrekker Ander woord voor hypotheekverstrekker of hypothecaire financier.

Gesplitste hypotheek Bij een sociale koopwoning splitst de bank de hypotheek in twee delen: wat u zelf opbrengt en wat wordt afgelost door de jaarlijkse premie van de overheid.

Grosse Officieel afschrift van een akte of vonnis.

Herbouwwaarde Het bedrag dat nodig is om uw huis weer op te bouwen als het door bijvoorbeeld brand is verwoest.

Hertaxatie Sommige geldverstrekkers laten na afloop van elke rentevaste periode uw huis opnieuw taxeren.

Herziening, rente Rentevoorstel dat de bank u doet tegen de tijd dat uw rentevaste periode afloopt.

Hoofdelijke aansprakelijkheid Hiervan is sprake als ieder van de betrokkenen afzonderlijk kan worden aangesproken voor de totale (hypotheek)schuld.

HR-ketel Hoog-rendement centrale verwarmingsketel. Gaat zeer zuinig om met energie.

Huurwaardeforfait De denkbeeldige huurwaarde van de woning, die de huiseigenaar moet optellen bij zijn of haar inkomen. De hoogte van het forfait is gebaseerd op de taxatie van de woning door de gemeente.

Huren/kopenvergelijking Berekening die de bank maakt van het bedrag dat u kunt uitgeven voor een koophuis als u niet meer kwijt wilt zijn aan woonlasten dan u nu aan huur betaalt.

Huwelijkse voorwaarden Overeenkomst tussen gehuwden die de onderlinge verdeling van het vermogen regelt. Zonder huwelijkse voorwaarden bent u gehuwd in gemeenschap van goederen.

Hypotheek, aflossingsvrije Hypotheek waarbij geen aflossing hoeft te worden betaald, alleen rente.

Hypotheek, annuïteiten Hypotheekvorm waarbij elke maand een vast totaalbedrag aan rente en aflossing wordt betaald. Aan het begin van de looptijd is het rentedeel groter dan het aflossingsdeel. Later is die verhouding omgekeerd.

Hypotheek, bank De gebruikte formule bij inschrijving van deze hypotheek maakt het mogelijk om later bij te lenen zonder notariskosten.

Hypotheek, basis Deel van de hypotheek waarover u de basisrente betaalt.

Hypotheek, beleggings Een hypotheek waarbij het eindkapitaal geheel of gedeeltelijk wordt opgebouwd door te beleggen.

Hypotheek, gesplitste Bij een sociale koopwoning splitst de bank de hypotheek in twee delen: wat u zelf opbrengt en wat wordt afgelost door de jaarlijkse premie van de overheid.

Hypotheek, lineaire hypotheekvorm waarbij jaarlijks een vast bedrag wordt afgelost. Gedurende de looptijd vermindert de uitstaande schuld geleidelijk. Hierdoor neemt ook de rentelast evenredig af.

Hypotheek, meenemen Mogelijkheid om bij verhuizing het nieuwe huis in onderpand te geven voor de bestaande hypotheek.

Hypotheek, spaar Hypotheekvorm waarbij u niets aflost tijdens de looptijd, maar spaart voor een einduitkering waarmee u de hypotheekschuld in één keer voldoet aan het einde van de looptijd.

Hypotheek, top Een basishypotheek financiert tot 75% van de executiewaarde van het pand. Daarover betaalt u doorgaans de basisrente. Staan uw inkomen en de waarde van het huis dit toe, dan kunt u meer hypotheek krijgen, tot bijvoorbeeld 100% of 125% van de executiewaarde. Dit heet een tophypotheek.

Hypotheekakte De notariële akte waarin de rechten en plichten tussen de hypotheekgever en de hypotheeknemer zijn vastgelegd.

Hypotheekgever De huiseigenaar die zijn huis als onderpand inbrengt om een hypothecaire lening te krijgen.

Hypotheeknemer De bank die een hypothecaire lening verstrekt aan een huiseigenaar, met het huis als onderpand.

Hypotheekofferte, acceptatie van Door de hypotheekofferte te ondertekenen, sluit u de overeenkomst met de bank. Soms kunt er dan nog vanaf zolang de hypotheekakte niet is gepasseerd door de notaris.

Hypotheekverstrekker Ander woord voor hypotheeknemer of hypothecaire financier.

Hypotheekregister Openbaar register bij het kadaster waar alle hypotheken staan geregistreerd.

Inkomen, belastbaar Het deel van het inkomen waarover inkomstenbelasting moet worden betaald. Alle optel- en aftrekposten zijn hierop al toegepast. Alleen de belastingvrije som gaat er nog af.

Kadaster Instelling waar alle onroerende zaken (grond, gebouwen) staan geregistreerd. Iedereen kan hier opvragen wie de eigenaar is van een onroerend goed en of er hypotheek op rust.

Kettingbeding Bepaling in een koopcontract die moet worden overgedragen op iedere volgende eigenaar.

Kosten, afsluit Alle kosten die u maakt om een hypotheek af te sluiten, zoals afsluitprovisie, notariskosten, taxatie etc.

Kosten, aftrekbare Alle kosten die u maakt bij de aankoop van een huis en die u mag aftrekken voor de inkomstenbelasting.

Kosten, annulerings Brengen sommige banken in rekening wanneer u afziet van een hypotheek terwijl u de offerte eerder had geaccepteerd.

Kosten, conversie Kosten die de bank in rekening brengt als u tussentijds uw rentevastperiode of uw aflossingsvorm wilt wijzigen.

Kosten koper (k.k.) De bijkomende kosten bij de aankoop van een huis komen voor rekening van de koper. Hieronder vallen o.a. de notariskosten en de overdrachtsbelasting.

Kosten, verwervings Alle bijkomende kosten die u maakt om een huis te kopen, buiten de aankoopsom. Bijvoorbeeld de financieringskosten, de notariskosten en de overdrachtsbelasting.

Koopcontract, voorlopig Bedrieglijke term voor een overeenkomst die de aan- en verkoop van een huis regelt. Tekent u, dan zit u eraan vast, behoudens ontbindende bepalingen.

Krediet, overbruggings Lening om de periode tot de verkoop van uw oude huis te overbruggen, terwijl u al een nieuw huis hebt gekocht. Is meestal slechts mogelijk voor een beperkte periode.

Levenhypotheek Hypotheekvorm waarbij tijdens de looptijd niet wordt afgelost, maar waarbij het totale leenbedrag aan het einde van de looptijd wordt voldaan met de uitkering van een levensverzekering.

Levensverzekering Verzekering die aan het einde van de looptijd - of eerder, in geval van overlijden - een vooraf overeengekomen uitkering doet.

Levensverzekering, afkopen Als u een levensverzekering voortijdig beëindigt, krijgt u de zg. afkoopwaarde uitgekeerd.

Lineaire hypotheek hypotheekvorm waarbij jaarlijks een vast bedrag wordt afgelost. Gedurende de looptijd vermindert de uitstaande schuld geleidelijk. Hierdoor neemt ook de rentelast evenredig af.

Loonbelasting Voorheffing op de inkomstenbelasting die door de werkgever wordt ingehouden op het loon.

Makelaar o.g. Bemiddelaar in onroerend goed die handelt in naam en voor rekening van anderen.

Meenemen van de hypotheek Mogelijkheid om bij verhuizing het nieuwe huis in onderpand te geven voor de bestaande hypotheek.

Minuut Origineel van een (notariële) akte die door de notaris wordt bewaard.

Monument Een rijksmonument is ingeschreven in het rijksmonumentenregister. Het is minstens vijftig jaar oud.

Nationale Hypotheek Garantie (NHG) Borgstelling die door het Waarborgfonds Eigen Woningen wordt afgegeven. Om hiervoor in aanmerking te komen, moeten het inkomen, de lening en de waarde van het huis voldoen aan normen. NHG wordt aangevraagd via de instelling die de hypotheek verstrekt.

Netto woonlasten De werkelijke kosten die u betaalt voor uw huis nadat alle bijtellingen, aftrekposten en overige kosten zijn verrekend.

Onderhandse akte Akte die zonder tussenkomst van de notaris is opgesteld.

Ondermaat De meeste koopakten vermelden dat er tot een zekere grens niet hoeft te worden verrekend als er iets minder grond wordt geleverd dan beschreven in de akte.

Onregelmatigheidstoeslag Toeslag op het loon vanwege onregelmatige diensten.

Onroerend goed De grond en alles wat zich daarop of daarin bevindt voorzover dit er 'aardvast of nagelvast' mee is verbonden.

Onroerende zaak De grond en alles wat zich daarop of daarin bevindt voorzover dit er 'aardvast of nagelvast' mee is verbonden (zie onroerend goed).

Onroerende-zaakbelasting Belasting die de gemeente heft bij bewoners en eigenaren van huizen. De hoogte van de belasting is afhankelijk van de getaxeerde waarde van het pand. U betaalt altijd een gebruikersdeel. Als eigenaar betaalt u tevens het eigenarendeel.

Ontbindende voorwaarde Een ontsnappingsmogelijkheid in een koopcontract. Als aan de gestelde voorwaarde niet wordt voldaan, kan de overeenkomst worden beëindigd. Gebruikelijk zijn bijvoorbeeld een voorbehoud financiering, woonvergunning en het verkrijgen van Nationale Hypotheek Garantie.

Opslag, rente Verhoging van de basisrente die de bank u in rekening kan brengen omdat u leent zonder Nationale Hypotheek Garantie of omdat u meer leent dan 75% van de executiewaarde.

Opstal Het gebouw, exclusief de grond.

Opstalverzekering Verzekering van uw huis tegen schade door bijvoorbeeld brand, storm, bliksem en inbraak.

Optie Recht van koop. Als de verkoper u een optie geeft (dat hoeft hij niet te doen), verplicht hij zich om het huis gedurende een bepaalde termijn niet aan een ander aan te bieden.

Oriëntatie-opdracht Opdracht aan een makelaar om een huis te zoeken. U kunt de opdracht begrenzen in tijd en in plaats.

Overbruggingskrediet Lening om de periode tot de verkoop van uw oude huis te overbruggen, terwijl u al een nieuw huis hebt gekocht. Is meestal slechts mogelijk voor een beperkte periode.

Overdrachtsakte Notariële akte waarin de aan- en verkoop van een huis wordt vastgelegd. Deze akte wordt geregistreerd bij het kadaster.

Overlijdensrisicoverzekering Verzekering die uitkeert bij overlijden van de verzekerde. Zo'n verzekering maakt het voor de nabestaanden mogelijk om de hypotheekschuld in één keer af te lossen en in het huis te blijven wonen.

Overwaarde Het verschil tussen de vrije verkoopwaarde van uw huis en de nog uitstaande hypotheek.

Pacht, erf Een recht op een stuk grond van een ander, meestal de gemeente.

Partnerregistratie Sinds 1 januari 1998 kunnen ongehuwd samenwonenden zich officieel als partners laten registreren. Deze registratie geeft praktisch dezelfde rechten als een huwelijk.

Passeren Formele handeling waarbij een akte in het bijzijn van de notaris wordt ondertekend.

Pensioen Periodiek gelijkblijvende uitkering die iemand ontvangt na ontslag uit een ambt wegens het bereiken van een vastgestelde leeftijd, of wegens invaliditeit, wanneer daardoor door hem gedurende zijn ambtsvervulling een bepaalde premie is betaald.

Perceel Stuk grond met bebouwing dat bij het kadaster staat geregistreerd.

Preventief onderhoud Onderhoud dat wordt gedaan om toekomstige gebreken te voorkomen.

Provisie, afsluit Bedrag dat de bank in rekening brengt als u een hypotheek afsluit. Meestal 1% van het totale leenbedrag.

Recht van opstal Het recht om een huis te hebben op een stuk grond van iemand anders.

Rentebedenktijd Periode waarin u kunt beslissen wanneer u een (volgende) rentevaste periode wilt laten ingaan.

Rente, bouw De rente die u betaalt vanaf het moment van ondertekening van het koopcontract tot aan de oplevering van uw nieuwbouwwoning.

Rente, contract De overeengekomen rente. Rente, dag De op het moment geldende rente voor een nieuwe hypotheek.

Rentegarantie Hypotheekofferte waarin de aangeboden rente een bepaalde periode blijft gelden, ook als de kapitaalmarktrente tussentijds stijgt.

Renteherziening Rentevoorstel dat de bank u doet tegen de tijd dat uw rentevaste periode afloopt.

Rente, variabele Hypotheekrente die meebeweegt met de rente op de kapitaalmarkt. Het percentage ligt doorgaans lager dan voor een rente die voor een of meerdere jaren wordt vastgelegd.

Rentevaste periode Periode waarin uw hypotheekrente vastligt, ook al schommelt de marktrente. Bij de meeste hypotheekverstrekkers is uw keuze hierin beperkt.

Rentevormen Soorten hypotheekrente, bijvoorbeeld variabel of vast voor een bepaalde periode, met of zonder rentebedenktijd.

Rente, werkelijke De reële renteopbrengst voor de bank. Dat is meestal meer dan het opgegeven rentepercentage, omdat hierbij ook rekening wordt gehouden met de afsluitprovisie en het moment van rentebetaling.

Samenlevingsovereenkomst o vereenkomst tussen twee of meer samenwonenden waarin afspraken over zaken als eigendom, levensonderhoud en pensioenen zijn vastgelegd.

Schoongrondverklaring Verklaring dat de grond die u koopt vrij is van schadelijke stoffen.

Spaarhypotheek Hypotheekvorm waarbij niets aflost tijdens de looptijd, maar spaart voor een einduitkering waarmee u de hypotheekschuld in één keer voldoet aan het einde van de looptijd.

Staat, bewoonde Een huis is minder waard als het bewoond is. Meestal wordt een percentage van 60 gehanteerd ten opzichte van 'vrij te aanvaarden'.

Taxatie Het vaststellen van de waarde van grond en huis door een taxateur.

Taxatierapport Rapport waarin de resultaten van de taxatie staan vermeld.

Tophypotheek Een basishypotheek financiert tot 75% van de executiewaarde van het pand. Daarover betaalt u doorgaans de basisrente. Staan uw inkomen en de waarde van het huis dit toe, dan kunt u meer hypotheek krijgen, tot bijvoorbeeld 100% of 125% van de executiewaarde. Dit heet een tophypotheek.

Transportakte Ander woord voor overdrachtsakte.

Variabele rente Hypotheekrente die meebeweegt met de rente op de kapitaalmarkt. Het percentage ligt doorgaans lager dan voor een rente die voor een of meerdere jaren wordt vastgelegd.

Verborgen gebreken Gebreken die niet met het blote oog zijn waar te nemen, maar die naar buiten komen nadat u het huis al hebt gekocht. U kunt de verkoper hier in veel gevallen achteraf op aanspreken.

Vermogensbelasting Belasting die u betaalt over het vermogen dat u bezit. Ook de overwaarde in uw huis valt hieronder voorzover die uitstijgt boven bepaalde (ruime) vrijstellingen.

Verwervingskosten Alle bijkomende kosten die u maakt om een huis te kopen, buiten de aankoopsom. Bijvoorbeeld de financieringskosten, de notariskosten en de overdrachtsbelasting.

Verzekering, opstal Verzekering van uw huis tegen schade door bijvoorbeeld brand, storm, bliksem en inbraak.

Verzekering, overlijdensrisico Verzekering die uitkeert bij overlijden van de verzekerde. Zo'n verzekering maakt het voor de nabestaanden mogelijk om de hypotheekschuld in één keer af te lossen en in het huis te blijven wonen. Verzekering, woonhuis Ander woord voor opstalverzekering.

VINEX Afkorting voor de vierde nota ruimtelijke ordening extra. Deze overheidsnota wijst o.a. bepaalde gebieden in Nederland aan als nieuwbouwlokaties, de zogenaamde 'VINEX-lokaties'.

Vrij op naam (v.o.n.) De wettelijk kosten die u maakt bij aankoop van een nieuwbouwwoning.

Vooraftrek van belasting U kunt bij de inspecteur van belasting een beschikking aanvragen, die bepaalt dat uw werkgever bij de inhouding van loonbelasting alvast rekening houdt met uw aftrek van de hypotheekrente.

Voorlopig koopcontract Bedrieglijke term voor een overeenkomst die de aan- en verkoop van een huis regelt. Tekent u, dan zit u eraan vast, behoudens ontbindende bepalingen.

Voorwaarden, huwelijkse Overeenkomst tussen gehuwden die de onderlinge verdeling van het vermogen regelt. Zonder huwelijkse voorwaarden bent u gehuwd in gemeenschap van goederen.

Vrije vestiging Om dit huis te bewonen hebt u geen huisvestingsvergunning nodig.

Vrije vloeroppervlakte Alle vloeroppervlak met een vrije hoogte van minstens 210 cm erboven.

Vrij te aanvaarden U koopt het huis zonder dat het bewoond is. U kunt er dus zelf gaan wonen.

Waarborgsom Bij de koop van een bestaand huis kunnen koper en verkoper overeenkomen dat de koper alvast een deel van de koopsom (meestal 10%) overmaakt op de rekening van de notaris, nog voordat de akte is gepasseerd.

Waarde, executie De waarde van het huis bij gedwongen verkoop.

Waardegrondslag De waarde van uw huis is de grondslag voor de onroerende-zaakbelasting van de gemeente.

Waarde, herbouw Het bedrag dat nodig is om uw huis weer op te bouwen als het door bijvoorbeeld brand is verwoest.

Waardepeildatum De datum waarop uw huis voor het laatst is getaxeerd door de gemeente in het kader van de Wet Waardering Onroerende Zaken.

Werkgeversverklaring Verklaring van een werkgever ten behoeve van een van zijn werknemers, nodig voor inschrijving bij de verzekering, ziekenfonds e.d. Welstandscommissie Een college dat bouwplannen beoordeelt en advies uitbrengt aan de gemeente. Die beslist over de bouwvergunning.

Werkelijke rente De reële renteopbrengst voor de bank. Dat is meestal meer dan het opgegeven rentepercentage, omdat hierbij ook rekening wordt gehouden met de afsluitprovisie en het moment van rentebetaling.

Wet Waardering Onroerende Zaken (WOZ) Deze wet regelt de waardebepaling van alle onroerende zaken in Nederland.

Woonhuisverzekering Ander woord voor opstalverzekering.

Woonlasten, netto De werkelijke kosten die u betaalt voor uw huis nadat alle bijtellingen, aftrekposten en overige kosten zijn verrekend.